Ze keek me ernstig aan.
“Ik hoop dat je nooit hulp nodig hebt zoals ik. Maar mocht dat wel zo zijn, dan hoef je je er niet voor te schamen.”
Pas toen ik dertien was, besefte ik dat ze in een psychiatrische inrichting zat. En dat ik soms ook niet uit bed wilde komen. Dankzij haar was ik nooit bang om hulp te vragen.
Verhaal 12: Pasta en leugens
Mijn dochter ging graag naar het huis van haar vriendin Tia. Ze was dol op de pasta van haar vader. Mijn vrouw stond er altijd op om haar mee te nemen.
Toen zei ze op een dag dat ze verhuisd waren. Negen jaar later noemde ik Tia, en mijn dochter werd woedend:
“Mama loog. Ze zag Tia’s vader stiekem, tijdens mijn logeerpartijtjes.”
Mijn wereld stortte in. Mijn vrouw gebruikte onze dochter als excuus om zich bij haar minnaar te voegen.
Mijn dochter smeekte me er niet meer aan te denken. Maar ik kon het niet. Ik confronteerde mijn vrouw ermee. En ik vroeg een scheiding aan.