Voor gelatinepoeder: Meng het gelatinepoeder met water en laat het 5-10 minuten weken.
Voor bladgelatine: Week de gelatineblaadjes 5-10 minuten in koud water tot ze gaar zijn.
Voeg gelatine toe:
Voor gelatinepoeder: De gezwollen gelatine voor warme (niet hete!) Voeg de aardbeienpuree toe en roer tot het volledig is opgelost.
Voor bladgelatine: Knijp overtollig water uit de gelatineblaadjes en verwarm om op te warmen (niet heet!) Voeg de aardbeienpuree toe. Roer tot de gelatine volledig is opgelost.
Giet in vormpjes: Giet de aardbeienpuree in elke vorm (zoals kleine kommen, potjes of een grotere vorm).
Koel: Zet de vormpjes minimaal 2-3 uur in de koelkast tot de gelei helemaal gestold is.
Serveren: De bevroren aardbeiengelei kan op zichzelf worden geserveerd, met slagroom, vers fruit of koekjes. Als je de gelei in een grotere vorm hebt bereid, draai hem dan voorzichtig op een bord of snijd hem in blokjes.
Tips:
Gebruik voor een intensere aardbeiensmaak rijpere, meer aromatische aardbeien.
Je kunt de hoeveelheid suiker na het proeven aanpassen.
Citroensap behoudt de heldere kleur van aardbeien en verbetert hun smaak.
Voor een speciale smaak kun je een beetje vanille-extract of gehakte muntblaadjes aan de gelei toevoegen.
De consistentie van de gelei kan worden gevarieerd, afhankelijk van de hoeveelheid gelatine (meer gelatine maakt het steviger).
Geniet van dit verfrissende lentedessert!