Ingrediënten:
Droge gist: 1,5 theelepel
Suiker: 1 el (voor het activeren van gist) + extra voor het besprenkelen van lagen
Melk: 60 ml (1/4 kopje, lauw)
Eieren: 2
Boter: 150 g (5,3 oz), gesmolten
Vanillesuiker: 8 g (1 el)
Zout: naar smaak
Bloem: ~350 g (21/3 kopjes)
Witte of rietsuiker: voor het besprenkelen van lagen
Routebeschrijving:
Activeer de gist:
Meng in een kleine kom de droge gist, 1 el suiker en lauwwarme melk.
Roer goed door en laat het 10 minuten staan tot de gist wordt geactiveerd en schuimig wordt.
Bereid het deeg voor:
Klop in een grote mengkom de eieren, gesmolten boter, vanillesuiker en een snufje zout los.
Giet het geactiveerde gistmengsel erbij en roer tot gecombineerd.
Voeg geleidelijk de bloem toe en meng goed tot er een zacht, buigzaam deeg ontstaat.
Laat het deeg rusten:
Dek het deeg af met een theedoek en laat het 30 minuten op een warme plaats rusten, zodat het kan rijzen.
Rol en bedek met suiker:
Zodra het deeg is gerezen, rol je het uit tot een grote platte laag op een licht met bloem bestoven oppervlak.
Bestrooi de helft van de deeglaag met suiker.
Vouw het deeg dubbel en rol het weer uit.
Herhaal dit proces nog twee keer: strooi suiker over de helft van het deeg, vouw het dubbel en rol het uit.