Week de gelatine in water. Klop de dooiers, het ei en de suiker schuimig. Schraap het vruchtvlees uit het vanillestokje en voeg het toe aan de eierverzameling. Voeg de fromage blanc toe.
Verwarm 100 ml slagroom, knijp de gelatine goed uit en los deze op. Voeg geleidelijk de wrongelmousse toe om te voorkomen dat de gelatine gaat klonteren.
Klop de overgebleven slagroom romig en meng deze door de wrongelmousse.
Verwarm de oven voor op 200 graden.
Rol het bladerdeeg dun uit en snijd het in 2 gelijke delen (ter grootte van een bakvorm).
Leg ze op een met bakpapier beklede bakplaat, prik er meerdere keren in met een vork en bak ze in ongeveer 10 minuten goudbruin.
Laat afkoelen.
Leg een vel deeg in de broodvorm bedekt met huishoudfolie, giet de room erbij en zet ongeveer 3 uur in de koelkast.
Til de uitsparingen uit de mal. Giet de jam door een zeef. Bestrijk het tweede vel bladerdeeg ermee en leg het op de room.
Snij met een scherp mes in gelijke delen en bestrooi met poedersuiker. Garneer met seizoensfruit
