Onvoldoende blootstelling aan zonlicht
Het gebrek aan zonlicht vermindert de aanmaak van vitamine D, een essentiële micronutriënt die de productie van testosteron bevordert. Vitamine D wordt voornamelijk gesynthetiseerd door blootstelling aan de zon en, in mindere mate, verkregen uit bepaalde voedingsmiddelen.
Wetenschappelijke studies hebben een direct verband aangetoond tussen vitamine D en testosteron. Dit komt omdat mannen met voldoende vitamine D vaak een gezond testosterongehalte hebben.
Uit een onderzoek uit 2010 onder 2.200 mannen bleek dat de piekniveaus van vitamine D en testosteron pieken in augustus, wanneer zonlicht het meest overvloedig is. In 2011 toonde een onderzoek aan dat gezonde mannen met overgewicht die dagelijks vitamine D-supplementen slikten, een significante toename van hun testosteronspiegel zagen.
Hoge insulinespiegels
Een dieet met veel enkelvoudige suikers leidt tot insulinepieken, die in verband worden gebracht met lage testosteronspiegels. Insuline is een hormoon dat na een maaltijd door de alvleesklier wordt afgegeven om cellen te signaleren suiker uit het bloed te verzamelen.
Insulineresistentie, een aandoening waarbij cellen niet meer reageren op insuline, kan gedurende een lange periode leiden tot hoge bloedsuikerspiegels, waardoor de vraag naar insuline toeneemt en de alvleesklier uitgeput raakt. Het kan ook leiden tot diabetes type 2 en lage testosteronspiegels.
